Eredivisie-topclubs sluiten vernieuwd jeugdakkoord | OneFootball

Ajax, PSV, Feyenoord, AZ en FC Utrecht hebben een nieuwe overeenkomst bereikt over het werven van jeugdspelers. De zogeheten 'Regeling Jeugdopleidingen' vervangt per direct het oude Herenakkoord, dat op 1 juli 2025 afloopt. In de nieuwe afspraken is ruimte gecreëerd voor gecontroleerde overstappen tussen de deelnemende clubs, maar daar staan strengere voorwaarden en financiële compensatie tegenover. Dit meldt het Algemeen Dagblad.

Vanaf komende zomer mogen de vijf clubs jaarlijks één jeugdspeler actief benaderen en overnemen van een andere deelnemende club. Dit is een opvallende wijziging ten opzichte van het vorige akkoord, waarin actieve werving onderling verboden was.

Om te voorkomen dat clubs te makkelijk elkaars talenten overnemen, zijn de financiële eisen opgeschroefd. Wanneer een overgenomen speler tien wedstrijden in het eerste elftal speelt, moet het aankoopbedrag nogmaals worden voldaan. Daarnaast ontvangt de opleidende club twee procent van een toekomstige transfersom.

"Voor dat ene toptalent dat toch de stap wil maken houden we de deur open, maar we werpen wel hogere drempels op," aldus Eredivisie-directeur Martin van Geel. Hij benadrukt het belang van goede afspraken voor het Nederlandse voetballandschap.

De nieuwe regeling is alleen van toepassing op clubs die jaarlijks minimaal vier miljoen euro investeren in hun jeugdopleiding. Vitesse, dat onder het vorige akkoord viel, doet niet langer mee vanwege financiële problemen.

Aantal overnames per club gelimiteerd

De clubs mogen per jaar van elk van de andere deelnemende clubs maximaal één speler overnemen. Feyenoord zou bijvoorbeeld jaarlijks één speler mogen werven van Ajax, PSV, AZ en FC Utrecht – en andersom.

Volgens Van Geel is de regeling niet alleen bedoeld om topclubs te beschermen, maar vooral om stabiliteit en continuïteit te waarborgen voor jeugdopleidingen in Nederland. Een uitbreiding naar andere Eredivisieclubs is op termijn het doel, maar volgens hem nog niet haalbaar vanwege uiteenlopende financiële situaties.

Het vorige Herenakkoord werd in 2019 ondertekend door zes clubs: Ajax, PSV, Feyenoord, AZ, FC Utrecht en Vitesse. Belangrijkste afspraak: geen actieve benadering van elkaars jeugdspelers. Toch bleek dat er in de praktijk veel onduidelijkheid bestond, met name over de interpretatie van ‘actief benaderen’. In het nieuwe akkoord is die ruimte voor interpretatie deels verdwenen, maar is wel gekozen voor een beperkte opening richting gecontroleerde transfers.